Veghel Kermis

Martien van Asseldonk

27 november 2014

Deze gegevens mogen gebruikt worden onder verwijzing naar: Martien van Asseldonk, www.oudzijtaart.nl

 

De jaarlijkse kermis was oorstpronkelijk de feestdag van de patroonheilige van de parochie. In Veghel was de de Heilige Lambertus, wiens feestag men op 17 septenber viert. De kermis van Veghel werd voor zover bekend in de tweede helft van september gehouden.

 

Dominee Hanewinckel schreef rond 1800:

 

Op elk dorp is het ééns kermis per jaar en dan is alles in beweging en vrolijk. Men zit dan geheele dagen in de herberg, en drinkt om te bersten. De ongetrouwden, zoo mannen als vrouwen, danzen dan op het geluid van eene fiool, welke op eene rampzalige wijs gespeeld wordt; het danzen is jammerharig. Men zingt dan ook dikwerf met eene dronken keel. In de herbergen vrijt men dan ook om te scheuren, doch dit gaat dikwerf met eenen dronken kop en is dus al vrij slordig, ik zal hier geen ander woord gebruiken, genoeg, gij begrijpt mij wel.

 

Men schiet bij zulk een gelegenheid ook naar eenen houten vogel of papegaai, op eenen hoogen staak (men noemt dien hier eenen schutsboom), en hij die hem er afschiet is Konng, en wordt, ten teken zijner waardigheid, met eene menigte zilver schilden of plaatsem omhangen. Zijne boeren-majesteit moet dan, voor deeze eer, ook eene plaat, met zijnen naam gegraveerd, er ten geschenke aanhangen. Op eenige dorpen schiet men den vogel of papegaai niet op den zogenoemde schutsboom, maar op een roede of wiek van den molen. Dit doet men te Osch en Bakel, misschien ook elders.

 

De inwoners van Oss zijn door de geheel Majorij zeer berucht wegens hunne liefhebberij voor het vechten met een mes, doch zulke vechtpartijen waren hier eertijds meer in zwang dan tegenwoordig. Schoon er egter weinig kermissen en jaarmarkten voorbij gaan, waarop niet met het mes gevochten wordt. Men noemt in de Majorij de kenmerken die iemand in zijn gezigt door het snijden mett een mes heeft overgehouden, gewoonlijk: Het Wapen van Oss.

 

 

Gerard Rooijakkers voegde daar aan toe:

 

In de zomer waren de vele kermissen geschikte momenten om te dansen en vrijages aan te knopen. In het midden van de negentiende eeuw werd er tijdens vastenavond en tijdens de kermis overal gedanst.  De kermis was tevens aanleiding tot familiebezoek. Verwanten uit omliggende plaatsen werden op de kermis uitgenodigd en getrakteerd.

 

Volgens schoolmeester Panken waren de bekkesnijders tot het midden van de achttiende eeuw op elke boerenkermis en bruiloften aanwezig. Tegen het einde van de negentiende eeuw werden vaker dodelijke buiksteken toegebracht.

 

 

De Veghelse bronnen

 

We vonden de Veghelse kermis voor het eerst vermeldt in de armenrekening van 1650-1652:

 

-        Betaelt aen Henrick Goordt Tysen voor de bestellinge Dirck Ariens voor ettelycke tyt, 8 vaten  rogge

-        Noch twee vaten voor sijn dootkyst

-        Tot een kermis aen syn vrouwe, 1 vadt rogge, omdat sij den voorscreven Dirick in syn sieckgte hadde gepleeght, waer van den selven is gestorven

 

 

Uit de dorpsrekening van 1659-1660:

 

-        gevaceert tot Helmont op Vechel kermisacont op een dachvert met Jan Jan Dircxsen schepen vertert 1 gulden 16 styuyvers

 

 

Op de eerste consistoriale vergadering te Vechel op 20-5-1663 klaagt de kerkenraad over het optreden van de gilden op gildedagen, nieuwjaar, de mei-kermis en op vastenavond.

 

Voornementlijck is voorgestelt hoe dat van de paepsche gilden van St. Teunis, Geertruijdt, Katalijn en andere onverdraechlijcke ijdelheden geschieden, niet alleen op die gilde daegen, maer oick op eenige sondaegen daer ontrent, met op te trecken met haere vaendelen, scharpen, trommen, oock dickwils pijpen ende fiolen van ontrent dese kercke nae de paepsen huisen, ende dan soo wedercomen, daerna op de openbaere strate trommen, dansen, rasen ende tieren, selfs dickwils onder den godsdienst, oock droncken drincken etcetera, dan oock wat insolentie geschieden te nieuwe jaer, meij kermis, in sonderlyc te vastenavondt met gansen, hoenderen etcetera te moorden

 

Aan dit rijtje mag men de jaarlijkse kermis in september toevoegen.

 

 

Op 29 september 1749 werd er tijdens Veghel kermis door Willem soone Willem Jan Tomasse en Dirk soone Jan Francis met messen gevochten. Willem bracht Dirk een snede op zijn linker-schouder toe. Dirk liet zijn mes vallen. Benjamin de Jong scheidde de twee kemphanen met een stok. In de verklaring wordt ook 'de koekx kraeme' genoemd.

 

 

In 1781 stak de rode loop de kop op. Om de verspreiding van deze ziekte tegen te gaan ordonneerden de schepenen op 15 september 1781 onder andere:

 

-        Het wordt verboden om op de kermis op 23 september en de daarop volgende dagen ‘het soogenaemt vogel of papegaij schieten, het optrecken der soogenaemde schutteryen, gelagen setten in de herbergen, het speelen op de fiool of andere luydtrugtige instrumenten, dansen en dergelyke exercitien, meer ten eynde de plaegen door het by een versamelen der lieden niet verder mogte werden verspreyt, en door soodanige dartelheden den thoorn van Godt niet meerder op ons te doen overcomen’.

-        'Ook wert scherpelyk verboden het kappen, sneyde van peperkoek op de kermis als onder het vogelschiete op maendag aenstaende, als ook op de volgende daegen.'

 

 

Dat verbod op peperkoek te kappen of te snijden was niet wanwege de rode loop, maar vanwege de vechtpartijen met messen. Men zag liever geen messen op de kermis.

 

 

Een soortgelijke ordnnantie van 20-9-1787:

 

-         'dat vermits deese tegenwoordige omstandigheyt het soogenaamde schieten na de papegaij off vogel en het optrekken met vanen en trommelem, geweeren als andersints, ook het roeren van deselve op de aanstaande kermis welken op de volgende week, synde den 23 deeses, staat in te vallen, te verbieden en intercideeren en een ider de stilte en vreedsaamheyt bij deese re recommandeeren, ook geen peperkoek te snijden of hacken.'

 

 

Ook op 24-9-1796 werd het peperkoek snijden verboden:

 

-        Met de aanstaande kermis, welke den 25 word deses een aanvang neemd, word ten strikste verboden dat alle diegeene die peperkoek te koop sal preesenteren wel sorg sulle dragen geen beijlen, messen off eenig ander scherp instrument te laten gebruyken om daer meede de koek te kappen, scheijden etcetera,

 

 

Soortgelijk verboden werden ook vlak voor de kermis in 1797, 1798, 1800 en 1807 uitgevaardigd. Ook het schieten met geweren tijdens het optrekken van de schutterij op kermis-woesdag kon ongelukken verooraken en werd in een resolutie van 25-9-1803 aan banden gelegd:

 

-        Het gemeentebestuur van Veghel inderdiceert en verbied by dese alle ende een iegelyk wel expresselyk tot vermyding van ongelukken langs straate of in de nabijheid van huizen met snaphaanen of andere soortgelijke schietgeweeren te schieten, ’t welk veelmaals niet teegenstaande verbod deswegens gedaan, des woendags in de kermisweek by het rondtrekken der schutterye plag te geschieden.

 

 

Bronnen: Resolutieboeken Veghel; notulen van de kerkenraad van Veghel, Frank. C. Meijneke, Op reis door de Meierij met Stephanus Hanewinckel. Voettochten en bespiegelingen van een dominee, 1789-1850 (Tilburg 2009), 202, 274, 317; Rooijakkers, G., Rituele Repertoires. Volkscultuur in oostelijk Noord-Brabant 1559-1853 (Nijmegen 1994), 395-414.