Onnozele kinderen
Martien van
Asseldonk
28 november 2014
Dominee Hanewinckel beschreef rond 1800
over het platteland van de Meierij van 's-Hertogenbosch. Hij
schreef onder andere:
Op
sommige plaatsen heeft men de gewoonte, om op het feest der onnoozele
kinderen, den 28 van wintermaand, de kleine kinderen te kleeden met de
klederen hunner ouderen, en dan zijn de kinderen diengeheelen dag
meester in huis, hunne ouderen moeten hun dan gehoorzamen. Het staat
zeer belagchelijk om een kind met eene groote paruijk van zijnen vader,
of met een jak, schortelkleed en beugeltasch der moeder te zien pronken.
Ook zijn
er dorpen waar de schoolkinderen op den dag van St. Thomas, den 2 van
wintermaand, den meester uit de school sluiten. Komt de meester aan de
deur, dan houden de kinderen zich, alsof zij hem niet kennen, willen de
deur niet openen, voor hij aan dezelve het een en ander belooft, om er
hen op te onthaalen.
Bron: Frank. C.
Meijneke, Op reis door de Meierij
met Stephanus Hanewinckel. Voettochten en bespiegelingen van een
dominee, 1789-1850 (Tilburg 2009) 316.
Hoe het een en ander in Veghel precies gebeurde, vertellen
de bronnen niet.
|