Het regentencollege in Veghel van 1662 tot 1678
Martien van
Asseldonk, 7 september 2014
Deze gegevens mogen
gebruikt worden onder verwijzing naar: Martien van Asseldonk,
www.oudzijtaart.nl
Om een beter begrip te krijgen van het dorpsbestuur van
Veghel hebben we voor de periode van het oudste resolutieboek van 1662
tot 1678 in detail onderzocht wie hoe vaak voor welk doel vergaderde.
Waneer men vergaderde
Hoe vaak kwamen de regenten bij elkaar?
Gemiddeld vergaderde de regenten in de periode 1662-1678
12,8 keer per jaar, ofwel ongeveer één keer per maand. Hoe vaak men bij
elkaar kwam wisselde erg van jaar tot jaar. Er was geen vast
vergaderschema, de regenten kwamen bij elkaar als dat nodig was.
Áls er vergaderd werd, diende men wel te verschijnen.
Diegenen die geacht werden aanwezig te zijn werden daar formeel en
dwingend toe uitgenodigd. Zij kregen een zogenoemde 'citatie' door de
vorster. In de praktijk kwam vaak niet iedereen opdagen, soms met het
excuus dat men te laat werd geïnformeerd en al iets anders gepland had.
Op 24 april 1663 werd er een boete gesteld op het niet opdagen van de
twaalfmannen:
-
'Alsoo veel abusen
sijn gescieden int compareeren van de regeringhe van de twelff mannen op
de raetcamer'. Als men geciteerd wordt en niet verschijnt krijgt men een
boete van 2 gulden, Daarvaan is 1 gulden voor de schout en 1 gulden voor
de regenten die wel aanwezig zijn. Men zal twee dagen voor de
vergadering worden geciteerd.
Op 21 september 1677 volgde een soortgelijke maatregel, maar
nu voor voor leden:
-
Alsoo de schepenen
in Vechel dikmaals genootsaakt sijn omme de burgemeesteren,
twaalfmannen, kerk ende armmeesteren, representeerende het corpus van
Vechel voorschreven, ider doen door den vorster citeren ende bij een
komen ten eynde met de selve over de saken alsdan voorvallende ende het
corpus van Vechel rakende te spreeken ende raad te plegen, ende dat
bevonden is dat zij den meesten tijt in gebreeken blyven ofte in een
seer kleyn getal compareren, niet tegenstaande dat daartoe gerigtelijk
door den vorster sijn gedaagt bij publicatie ende met aanwijsing van
plaats ende uuren,
-
soo ist dat mijn
heeren schepenen mits desen ordonneren dat soo dikmaels als deswegen
publicatie sal worden gedaan, ende sij in gebreeken blijven er
gesigneerde plaatse ende uure te compareren, telkens ende ijder non
comparant sal verbeuren voor een peine de somme van twaalf stuijvers,
waarvan de eene helfte gekeert ende gepeent sal worden ten behouve van
den officier ende de wederhelfte ten profijte van de comparanten sal
worden gegeven, welke peine voor nu ende alsdan na publicatie deses
verklaart wort executabel.
En insgelijks maar dan van 16
december 1791:
-
Terwijl verscheyde leden op donderdagen, synde ordinair den
dag van vergadering van schepenen en secretaris, manqueeren deselve bij
te woonen, hebben onderling de navolgende resolutie genomen. Dat wanneer
iemand der leeden van schepenen en secretaris mogte komen te manqueeren
van op bovengemelde dag niet preecies de klokken tien uuren ten minste
binnen 5 minuten daer na ten raadhuijse alhier zijn, telkens reijse sal
verbeuren twee stuijvers, soo ook wanneer extraordinaire vergadering
word belegt. Alles onder deese conditie dat die manquerende leden niet
buijten deese plaats en sijn, welke peenaliteijt bij de eerste
bijeenkomst aanstons moet worden betaalt.
Volgens deze verklaring van 16-12-1791 was en toen gewoon
op donderdagen te vergaderen. sinds wanneer was dat het geval? De oudste
resolutieboeken vermelden besluiten en ordonnanties, copies van brieven
en andere handelingen zoals verpachtingen, niet zozeer vergaderingen.
Men moet wel vergaderd hebben om tot een besluit te komen, maar dat
hoeft niet altijd op dezelfde dag geweest te zijn. De eerste keer dat er
in de resolutieboeken ook een 'vergadering' vermeld wordt is 1 augustus
1700. Er werd op de volgende dagen van de week vergaderd:
In de resolutieboeken is geen besluit aangetroffen om op
donderdag te vergaderen. Uit de tabel blijkt dat dit gebruik geleidelijk
ontstaan is. Men vergadere op alle dagen van de week en de voorkeur om
op donderdag te vergaderen was al in 1730-1739 aanwezig. Deze voorkeur
nam rond 1780 toe en tussen 1780 en 1790 kwam men ongeveer de helft van
de tijd op donderdagen bijeen. Opvallend is verder de sterke voorkeur om
niet op vrijdagen te vergaderen.
Wie er vergaderde
Het regentencollege blijkt in die periode in vier
verschillende hoedanigheden te vergaderen.
-
De officier met schepenen. De officier was de kwartierschout of zijn
stadhouder. Zij konden ook vervangen worden door de president-schepen.
In dat laatste geval vergaderden de schepenen alleen. Dit college werd
ook wel aangeduid als 'de magistraat'. De meeste besluiten werden door
de schepenen (al dan niet met de kwartierschout of stadhouder) alleen
genomen.
-
De 'schepenen plus' variant. Dat plus konden de borgemeesters, twaalfmannen
of gezworenen zijn, afhankelijk waar over vergaderd werd.
-
De vergaderingen van wat op 19-12-1675 'alle geëde
gesworen' genoemd wordt, dus alle beëdigde functionarissen: schepenen,
borgemeesters, gezworenen, kerkmeesters en armmeesters. Op 1-8-1700
wordt dit 'de vergadering van de
vijf
leden' genoemd. Vaak wordt er bij vermeld dat zij het gehele corpus (dus
alle inwoners) van Veghel vertegenwoordigen.
-
Tot
slot was er nog de de vergadering van de
beëdigde
functionarissen samen met een aantal geërfden. Vaak worden alle namen
vermeld, bijvoorbeeld in de ondertekening van het besluit. In
het besluit zelf worden ze aangeduid als 'een notabel aantal', of
'de principaalste' geërfden.
De aanwezigheid van de kwarterschout of diens stadhouder
Het vaakst vergaderden de schepenen alleen, al dan niet
samen met de kwartierschout of diens stadhouder. De schout of diens
stadhouder was in 42 % van de vergaderingen aanwezig, terwijl in de
resterende 58 % de president-schepen als officier optrad en de
vergadering voorzat. Er is geen duidelijk verband tussen de aard van de
besluiten en de aanwezigheid van de kwartierschout of diens stadhouder.
Die aanwezigheid werd kennelijk meer door andere factoren bepaald dan
door de plaatselijke agenda.
De besluiten van de schepenen
De schepenen, al dan niet met de kwartierschout of
stadhouder, namen in de periode 1662-1678 besluiten betreffende de
volgende zaken:
-
Ordonnanties ter handhaving van de openbare orde, zoals:
o
tegengaan van vandalisme op het kerkhof en aan de kerk, verbod om op zondag
de winkel te openen, verbod om bruiden en bruidegommen te bespotten, het
reguleren van het begraven van doden, verbod om door de Aa te waden,
verbod om velden met koren te betreden, verbod om op Sint-Maarten vuur
te stoken, verbod op drinkgelagen, verbod om gestolen goederen te kopen,
verbod om onrust te maken bij de opslag van spullen in de kerk, verbod
om laat te tappen, verbod om kaart te spelen
-
Ordonnanties om 's nachts wacht te lopen door de rotten:
o
ordonnanties op 29-1-1663, 3-6-1663, 29-11-1665, 29-12-1665 en 13-7-1672
-
Ordonnanties om wegen en waterlopen te onderhouden door de inwoners of
rotten
o
onderhoud van wegen (2-9-1662), vegen van de Aa (19-9-1665), maken van een
weg 92-10-1699)
-
Ordonnanties ter regulering van het gebruik van de gemeint
o
waaronder een verbod om turf te steken
-
Aanstelling en soms ook beëdiging van functionarissen
o
rotmeesters, kerkmeesters, armmeesters, borgemeesters, twaalfmannen,
zetters, een vroedvrouw
-
Ordonnanties ter bevordering van de gezondheid van de bevolking
o
in 1664-1666 zes ordonnanties tegen de pest, en in 1672 en 1676 twee
bevelen om het erf een aantal weken niet te verlaten in geval dat er een
besmettelijke ziekte in het gezin is geweest
-
Onderhoud van gemeente-eigendommen
o
in 1664: reparatie kerktoren, en van de kerk in verband met stormschade; in
datzelfde jaar reparatie van de brug achter de school
-
Toezicht op de armentafel
o
Op 15-12-1663 een bevel dat de armmeesters niet meer mogen uitgeven dan dat
zij beuren
-
Ordonnanties om diensten te leveren aan legers
o
Karrediensten (3-6-1666 en 11-5-1675) en levering van palen voor de sschans
te Vught (26-6-1672)
-
Betalingsbevelen
o
zes keer een betaalbevel aan de borgemeesters, een keer aan de
verpondingbeurders en een keer een betaalbevel aan de tiendbeurders; een
keer bevel dat de dienstboden belasting moeten betalen
Daarnaast werd nog
een keer samen met de twaalfmannen een betaalbevel aan de borgemeesters
gegeven.
Wat ook het
dominerende patroon doorbrak was als schepenen alleen optraden in zaken
waarbij in de regel een groter college optrad, zoals bij de verpachting
van belastingen en bij geschillen.
-
Verpachting van de collecte van de belastingen
o
verpachting van de collecte van de belasting op de bieren en wijnen op
9-10-1664
-
Optreden in een geschil
o
Op 13-2-1676 verklaarden de schepenen dat het dorp de gijzeling van de
beurders van de Franse contribute zullen lossen
In de
resolutieboeken vonden we ook enkele besluiten van de schepenen die
eigenlijk onder de civiele rechtspraak hoorden, en dus niet tijdens een
bestuursvergadering, maar tijdens een rechtszitting genomen hadden
moeten worden.
-
Vier keer beslaglegging om betaling af te dwingen, dan wel verbod om
meubels te verhuizen (lees: verbergen) in verband met een te betalen
schuld
-
Een keer de oplegging van een boete: een keer vanwege nalatigheid bij het
onderhoud van een arm kind dat men de aanbested had
-
Een keer een verbod om betwist land te gebruiken.
In de resolutieboeken worden ook optredens vermeld van de
borgemeesters alleen. Dit betrof zonder uitzondering de verpachting of
verkoop van onroerend goed, waarvan de opbrengst voor het dorp was.
De besluiten van schepen met enkele andere functionarissen
-
Besluiten van schepenen met de twaalfmannen. De twaalfmannen waren de
vertegenwoordigers van de buurtschappen.
o
Op 30-10-1662 een betalingsbevel aan de borgemeesters
o
Stellen op 10-8-1674 de hoogte van het hoofsgeld vast
o
Bevelen op 20-2-1665 de borgemeesters dat ze geen boete mogen betalen voor
Marten Michiel Donckers die in gijzeling is
-
Besluiten van schepenen met borgemeesters
o
Uit een wat vroegere periode:
In 1623 maakten de schepenen samen
met de borgemeesters plannen om de schutskooi te verzetten
o
Op 3-5-1664 de aanbesteding van de bouw van een nieuwe schutskooi
o
Op 16-6-1665 verpachting van grond. Meestal deden de borgemeesters dat
alleen.
o
Op 11-1-1676 een verklaring van de gemaakte koste na inkwartiering van
soldaten
-
Besluiten van schepenen met de vorster:
o
Op 2-4-1663 de opname van de kleine specie
-
Besluiten van schepen met twaalfmannen en borgemeesters. De borgemeesters
waren belast met het ophalen van de plaatselijke belastingen en het doen
van uitgaven voor het dorp.
Het betreft bij hun gezamenlijk optreden met de schepenen steeds de
belasting of dorpsfinanciën.
o
Op 2-4-1663 de verpachting van de collecte van het gemaal
o
Op 4-4-1664 vaststelling van de aanslag per persoon voor het gemaal, de
consumptie en de kleine specie
o
Op 10-8-1674 de afrekening van de verponding
o
Op 24-2-1674 het sluiten van een contract met de stadhouder, waarbij de
jaarlijkse bijdrage van Veghel voor het salaris van de stadhuder
geregeld werd. Hier staat epliciet bij dat de schepenen, twaalfmannen en
borgemeesters het hele corpus van Veghel vertegenwoordigen. Ook als dat
er niet bij staat was dat altijd impliciet zo.
o
In april 1674 de aanbesteding van de collecte van het gemaal en de kleine
specie
De besluiten van schepen met alle beëdigde functionarissen
Dit zijn de vergaderingen van de schepenen (al dan niet met
de kwartierschout of stadhouder), gezworenen, borgemeesters,
armmeesters, kerkmeesters en twaalfmannen. Hier staat bijna steeds bij
vermeld dat ze het gehele corpus van Veghel vertegenwoordigen. Het
betreft de volgende zaken:
-
Het lenen van geld namens het dorp:
o
Op 31-10-1664, 28-10-1669, 15-12-1672, 21-3-1673, 2-6-1674, 2-9-1674,
19-12-1675, 28-12-1675, 23-11-1676; en op 21-10-1667 het opzeggen van
een geldlening
-
Belastingen
o
De verpachting van de collecte van de verponding, de aanstelling van
verpondingbeurders, de inning van het hoodsgeld
-
Dorpsschulden
o
Op 26-2-1676 machtiging van een persoon om in Den Haag kwijtschelding te
vragen van een boete van 1000 gulden die Veghel op bevel van de
kwartierschout moet betalen door drie regenten die in Den Bosch
gegijzeld zijn
o
Op 1-6-1677 verklaring dat het dorp
ongeveer
23000 gulden heeft moeten lenen; voor de oorlog was de last al 18000
gulden; het crediet is op, executie dreigt
-
Geschillen:
o
Op 17-1-1674 machtiging om namens het op te treden in een proces tegen drie
inwoners; op 3-2-1674 in hetzelfde geschil: het dorp zal betalen om de
gijzeling van Dries Dirx ongedaan te maken; en op 13-2-1678 betreffende
de gijzeling van Marten Michiel Donckers, last om een procureur aan te
stellen
-
Diversen:
o
Op 4-4-1663: gebod tegen het achterhouden plakkaten
De corporele vergaderen tussen 1672 en 1678
Dit waren de vergaderingen van de schepenen, gezworenen,
borgemeesters, armmeesters, kerkmeesters en twaalfmannen met nog een
aantal geërfden. We vonden er twee tussen 1662 en 1678:
Samenvatting
Tussen 1662 en 1678 kwamen de regenten op onregelmatige
tijden bijeen, afhankelijk van de behoeften. De resolutieboeken
vermelden voor die periode niet zozeer de vergaderingen, maar de genomen
besluiten. Het regentencollege blijkt in die periode in vier
verschllende hoedanigheden te vergaderen.
De officier met
schepenen. De officier was de kwartierschout of zijn stadhouder. Zij
konden ook vervangen worden door de president-schepen. In dat laatste
geval vergaderden de schepenen alleen. Dit college werd ook wel
aangeduid als 'de magistraat'. De meeste besluiten werden door de
schepenen (al dan niet met de kwartierschout of stadhouder) alleen
genomen. De kwartierschout of stadhouder was in 42 % aanwezig. Daarnaast
waren ze ook aanwezig op rechtzittingen. Als de situatie in veghel
representatief is voor het hele kwartie Peelland en besteedden de
kwartierschout en zijn stadhouder samen ongeveer 20 dagen per maand aan
vergaderingen en rechtzittingen in de Peellandse dorpen.
De schepenen, al dan niet met de kwartierschout of
stadhouder, namen in de periode 1662-1678 besluiten betreffende de
volgende zaken:
-
Ordonnanties ter handhaving van de openbare orde, zoals:
-
Ordonnanties om 's nachts wacht te lopen door de rotten
-
Ordonnanties om wegen en waterlopen te onderhouden door de inwoners of
rotten
-
Ordonnanties ter regulering van het gebruik van de gemeint
-
Aanstelling en soms ook beëdiging van functionarissen
-
Ordonnanties ter bevordering van de gezondheid van de bevolking
-
Onderhoud van gemeente-eigendommen
-
Toezicht op de armentafel
-
Ordonnanties om diensten te leveren aan legers
-
Betalingsbevelen
De 'schepenen plus'
variant. Dat 'plus' konden de borgemeesters, twaalfmannen of gezworenen
zijn. Het betrof steeds zaken die de belastingen aangingen. Of de
dorpsfinanciën zoals de bouw van een nieuwe schutskooi en een verklaring
van de gemaakte kostem na inkwartiering van soldaten
De beslutien van schepenen samen met alle beëdigde
functionarissen. Dit waren de vergaderingen van de schepenen (al dan
niet met de kwartierschout of stadhouder), gezworenen, borgemeesters,
armmeesters, kerkmeesters en twaalfmannen. Zij traden altijd op namens
het gehele dorp. Zij kwamen bij elkaar als de dorpsschulden besproken
werden, er geld geleend moest worden door het dorp, bij de verpachting
van de collecte van belastingen en bij geschillen. Verder ook een keer
vanwege het achterhouden van plakkaten.
Tussen 1672 en 1678 waren tweek keer ook de geërfden
aanwezig bij dergelijke vergaderingen. He ging ook toen om leningen voor
het dorp. Er waren bij deze corporele vergaderingen respectievelijk 96
en 33 geërfden aanwezig.
We kunnen concluderen dat de officier en schepenen tussen
1672 en 1678 veelal alleen besluiten namen, maar dat zij als het over
belastingen en dorpsfinanciën ging meestal een bredere vergadering bij
elkaar riepen.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||