De Veghelse borgemeesters van 1600 tot 1699

Martien van Asseldonk

Deze gegevens mogen gebruikt worden onder verwijzing naar: Martien van Asseldonk, www.oudzijtaart.nl

 

De bestuurlijke hervorming tussen 1575 en 1579

 

Op een onbekend moment tussen 1575 en 1579 vond er in Veghel een bestuurlijke hervorming plaats.

-         De gezworenen werden hersteld in hun oorspronkelijk mandaat om nieuwe erven te mogen verkopen met toestemming van de meerderheid van de schepenen en geburen.

-        De gezworenen heetten voortaan ook borgemeesters

-        Ze haalden de bedragen vermeld in het maatboek een overeengekomen aantal malen op endeden betalingen namens het dorp voor renten, contributies, leverenanties enzovoorts.

-        Ze hielden een rekening bij die liep van Lichtmis tot Lichtmis, zoals de gezworenen al langer deden, of waren geacht te doen.

-        Het aantal borgemeesters (die tevens gezworenen beleven) bleef hetzelfde, drie

-        In 1379 was betpaald dat de schepenen met de meerderheid van de geburen elk jaar op 2 februari (Maria Lichtmis), of een week ervoor dan wel erna, drie gezworenen mochten kiezen. Vermoedelijk bleef ook dat bij de hervorming van 1575-1579 hetzelfde.

 

 

Het bestuurlijk reglement van 1662

 

Op 11 juli 1662 keurde de Raad van Staten een nieuw bestuurlijk reglement voor veghel goed. Kort samengevat werd in het reglement het volgende geregeld:

 

-        Voor het ontvangen van de (in 1657 ingevoerde) verponding zal een collecteur aangesteld worden met toestemming van enkele van de ‘principaele geërfdens. Hij moet de verponding ophalen zonder die met andere lasten te vermengen. De geërfden mogen de bedragen in het verpondingsboek ‘oversien’ narekenen.

-        Ook de bede zal worden opgehaald zonder die te vermengen met andere lasten. De geërfden van Veghel (indien nodig die van Den Bosch) mogen ook het bedeboek ‘oversien’.

-        Voor de inkomsten en uitgaven van de verponding en bede zullen aparte rekeningen gemaakt worden.

-        De omslag voor de betaling van jaarlijkse renten door het dorp zal zonder vermenging met andere lasten worden opgehaald door de borgemeester en door een ‘particulier hefbuerder’. Ook dit ‘hefcedulle ofte reekenboek’ zal jaarlijks worden bekeken, om te kijken hoe men de rentekosten kan verminderen.

-        Het corpus mag de collecte van landslasten niet verpachten zonder schriftelijke toestemming van de geërfden en twaalfmannen.

-        Er mogen geen vereringen of verteringen door de schepenen, borgemeesters of anderen ten laste van het corpus worden gedaan die strijdig zijn met de voorschriften van de overheid.

-        De collecteurs van de verponding, bede en andere lasten zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het ontvangen en betalen en de gemeente mag er geen schade door lijden.

-        De rekening van het afgelopen jaar moet elk jaar in mei na 3 zondaagse proclamaties worden gehoord en gesloten. Dat zal op maandagmorgen 8 uur na ‘clockenslag’ beginnen en alle inwoners die willen mogen daar bij zijn. Men hoeft niet op afwezigen of laatkomers te wachten. Als er verschil van mening is over bepaalde posten zal daar over gestemd worden.

-        Als er een positief saldo overblijft, dan wordt dat aan de volgende borgemeesters overhandigd.

-        Tijdens het horen van de rekening blijft die onder de borgemeesters terwijl de secretaris ‘de penne sal mogen voeren’.

-        Er mogen door schepenen en regeerders geen omslagen gedaan worden zonder schriftelijke toestemming van de geërfden en twaalfmannen. Die moeten ook toestemming geven om een eventueel proces te voeren, vermindering van landslasten te vragen bij de Staten generaal of de Raad van State, of om geld te lenen.

-        De schepenen zullen hun gerechtsdagen houden zonder verteringen ten laste van de gemeente. Ze krijgen een tractement en ‘profyten van de processen ende acten’.

-        De schout, schepenen en anderen die namens de gemeente vergaderen mogen niet een herberg vergaderen, maar zullen bijeenkomen in de raadkamer zonder onkosten ten laste van de gemeente, afgezien van vuur en licht in de winter.

-        Gemeentewerken boven de 10 gulden moeten openbaar worden aanbesteed.

-        De borgemeesters genieten een beurloon van 5 % van het opgehaalde bedrag.

-        Ieder die namens de gemeente naar een dorp reist krijgt een vergoeding van maximaal een gulden per dag. Als men naar Den Haag reist krijgt men anderhalve gulden per dag plus een vergoeding van de onkosten voor de schuit.

-        Men zal alleen inwoners afvaardigen naar vergaderingen van de Meierij of van het kwartier Peelland met toestemming van de geërfden of twaalfmannen. Men zal slechts één persoon sturen en alleen als het een belangrijke vergadering is twee personen. Men dient te weten waar de vergadering over gaat, zodat men kan voor-overleggen over wat te zeggen en hoe te stemmen.

-        De schepenen krijgen elk zes gulden per jaar en mogen verder geen verteringen declareren.

-        Van de twaalfmannen sullen elk jaar vier leden aftreden. De vier nieuwe leden worden aangesteld door de acht aanblijvende lijden samen met de borgemeesters.

-        Het kiezen van de borgemeesters zal elk jaar op de zondag na Lichtmis gebeuren ‘naar ouder gewoonte ende privilegien’. De aftredende borgemeesters mogen vier opvolgers nomineren, de twaalfmannen ook vier en de schepenen vier. Uit dat twaalftal mag de officier een borgemeester kiezen, de schepenen mogen er een kiezen, de aftredende borgemeesters een, en ten slotte de twaalfmannen ook een.

-        De vorster of schutter mogen geen nieuwigheden inbrengen of pretenderen, ‘maar sullen hen te vreeden moeten houden met sodaenige exemptie en salaris als van outs tot deselve ampten hebben gestaen sonder meer te mogen eijschen.’

-        Er zullen ook twee gezworenen worden aangesteld ‘als voor desen naer chaerte ende privilegie plach te geschieden, welke gesworens op alle de gemeente nauw regard sullen nemen dat deselve niet en werde verongelijkt ofte vercort, welke gesworens denselven ampten sullen bedienen op henne keuren, breuken ende calangieringe sonder ietwes meer tot lasten van de gemeente te mogen brengen.’

-        De secretaris moet zijn verdiensten voor het dorp nauwkeurig optekenen en jaarlijks overleggen. Na controle van die specificatie zal hij worden betaald.

-        Als iemand geld te goed heeft van de borgemeesters, dan moet hij een specificatie geven, zonder dat hij het tegoed inhoud van de te betalen lasten aan de gemeente.

-        De opbrengst van verkochte ‘torff, hout, vlaggen, lanth ofte eertweringe’ of andersints moeten door de borgemeesters in hun rekening worden verantwoord.

-        Op overtreding van dit reglement staat een boete van 50 carolus gulden aan ‘slans domeijnen te verbeuren ende paratelijk te executeren’.

-        Het reglement zal elk jaar zal worden geregistreert in het protocolboek van de dorpssecretarie en elk jaar op de zondag na het veranderen van de wet gepubliceerd worden.

 

Het reglement had een aantal gevolgen. Zo werden in 1662 de resolutieboeken ingevoerd, en werden er twaalfmannen aangesteld. De dorpsfinanciën werden anders georganiseerd en de schepenen kregen voortaan een jaarlijks tractament. Ook kwam het weer tot een functiescheiding tussen de  borgemeesters en gezworenen. Vanaf een onbekend moment tussen 1575 en 1579 was dit een gecombineerde functie geweest. Dat het bestuurlijk reglement op dit punt ook daadwerkelijk uitgevoerd is blijkt uit een optekening uit het resolutieboek van 18 oktober 1666, waarin borgemeesters en gezworenen naast elkaar en als verschillende personen genoemd worden.

 

 

Het aantal borgemeesters

 

Tot en met 1616-1617 worden consequent 3 borgemeesters genoemd en in 1622-1623 voor het eerst vier. De bekende borgemeesters in de tussenligende periode zijn.

 

Jaar:

Borgemeesters:

 

1616-1617

Handrick Ariens

Jan Thonis

Jan Dierckx

 

1617-1618

Onbekend

 

1618-1619

Dandel Hanrick Dandels

Aert Gerlincx

 

1619-1620

Henrick Jacops

Wyn Jan Ceelen

Jan Lambers

 

1620-1621

Jan Aertssen den Auden

Claes Jan Claessen

 

1621-1622

Lenaert Freynssen

Teunis Hanricx

 

1622-1623

Willem Meuss

Jan Henrick Vrenss

Aert Arien Donckers

Jan Dircxen

 

 

 

In een aantal akten worden er minder dan 3 of vier borgemeesters genoemd. Dan traden kennelijk niet alle borgemeesters op. Onder enig voorbehoud is de conclusie dat in 1620 of 1621 besloten werd om het aantal borgemeesters te verhogen van drie naar vier. Het is theoretisch mogelijk dat er in 1619 al vier borgemeesters waren, maar dat er toch maar drie genoemd worden, vandaar dat voorbehoud.

 

 

Indeling in borgemeestershoeken

 

In de dorpsrekening van 1613-1614 wordt de omslag (ceel, of bedecedulen) van het maatboek (ceelboek, cedulenboek, of hefboek) in twee gedeelten gegeven:

-        De opbrengst aan de oostzijde van de Aa was 498-7-0

-        En aan de westzijde van de Aa 498-11-8

 

In de rekening van 1614-1615 wordt de omslag voor het hele dorp gegeven, zonder dat in twee delen te splitsen. Wel worden de opbrengsten van verkochte nieuwe erven gespecificieerd in twee delen, ‘aen den enden cant van het dorpe’, en ‘aen den andere cant in Lynt opte Voirt’.

 

Het is onduidelijk of men in die periode deze gebieden al over de borgemeesters verdeeld had. Ondat er drie waren, zouden er dan twee aan de ene kant van de Aa gebeurd hebben en een aan de andere kant. Dat ziet er nogl scheef uit. Daarom denk ik dat dit pas gebeurde toen het aantal borgemeesters gestegen was naar vier. Het is goed mogelijk dat men – waarschijnlijk in 1620 of 1621 –  het aantal borgemeesters verhoogde om Veghel over twee groepen van twee borgemeesters te kunnen verdelen.

 

In de volgende bewaard gebleven rekening van 1629-1630 is geen onderscheid gemaakt tussen de gebieden ten oosten en westen van de Aa. De daarop bewaard gebleven rekening dateert van 1634-1635. Er worden inkomsten vermeld van twee borgemeesters aan deze en twee borgemeesters aan de andere (west-)zijde. Ook hier zal de Aa de grens geweest zijn. Deze tweedeling blijft bestaan tot 1672, al is niet altijd duidelijk hoe de samenstelling van de tweetallen was, en aan welk zijde van de Aa wie collecteerde. Overigens is dat wel te onderzoeken aan de hand van de namen van de eigenaren van huizen gegeven in de reconstructie van Veghel. De borgemeesters zullen immers aan de eigen kant van de Aa, waar men de buren en boeren beter kende, de omslagen gebeurd hebben.

 

In 1672 is voor het eerst sprake van een vierdeling, elke borgemeester heeft zijn eigen hoek. De dorpsrekening vermeldt:

-        Item stellen de burgemeesteren gehadt te hebben tien ceelen (omslagen), waar van Claes Roelofs van Kilsdoncks ceel bedraagt 176-9-14

-        De ceelen van Jan Joordens 175-8-7

-        Item de ceelen ven Hendrick Janz 177-13-2

-        Item de ceelen van Jan Thijssen 171-10-5

 

 

Op 10 augustus 1674 werd in Veghel het hoofdgeld ingevoerd. Voor alle mannen ouder dan 15 jaren diende jaarlijks 25 stuivers betaald te worden en voor elke vrouw van die leeftijd 15 stuivers. Deze nieuwe belasting diende om de bedragen die Veghel moest betalen voor het ‘gemael, geslacht en clein specie’ te voldoen. Het geld moest binnen 14 dagen opgehaald worden en de collecteurs kregen daarvoor ieder een halve dukaat. Voor elk van de vier borgemeestershoeken werden tweee collecteurs aangesteld:

 

-        Lambert Dierckxs van der Straeten en Peter Jan Dierckxs ‘om te ontfangen den hoeck gelyck Peter Daneels is beurende tegenwoordich borgemeester’

-        Handrick Hensen met Jan Jan Gerits ‘om te bueren den hoeck gelyck Lambert Gerits is buerende’

-        Jan Lamberts en Peter Tonis Handrixs ‘om te bueren den hoeck gelyck Wilm Jan Handrixs is buerende’, en

-        Aert Luenesen met Gerit Jan Gerits ‘om te bueren den hoeck gelyck Peter Handrick Gerits is buerende’

 

 

De rekeningen van 1683-1684 geeft de namen van de vier hoeken plus de borgemeesters van elke hoek:

-        Heij: Peter Hendrick Zeger Donckers

-        Havelt: Arien Jan Delissen

-        Dorhout: Lambert Gerit Stevens

-        Zontvelt: Aert Arien Olislagers

 

Vanaf 1686 tot en met 1696 worden wel de opbrengsten per hoek genoemd, maar er staat niet wij welke borgemeester in welke hoek geld beurde. Ook dat is te achterhalen aan de hand van de reconstructie van Veghel. Vanaf 1699 ontbreekt in de dorpsrekeningen ook de specificatie van de inkomsten per hoek. Ook na 1699 bleef de indeling in vier hoeken bestaan. Dat is af te leiden uit bewaard gebleven belastingboeken uit de de achttiende eeuw. Daarin wordt steeds dezelfde indeling in vier hoeken aangehouden.

 

Aan de hand van de belastingboeken en andere gegevens hebben we de vier borgemeestershoeken gereconstrueerd. De kaart toondt de vier hoeken gebasseerd op het register van huizen van 1736 en het register voor de personele omslag van 1737. Elke stip is een huis.

 

 

Opmerkelijk is dat een deel van de Straat bij Zondveld ingedeeld werd. Dit gebeurde om de financiële omvang van de vier borgemeestershoeken ongeveer gelijk te maken.

 

 

Aanstelling

 

In 1379 was bepaald dat de schepenen met de meerderheid van de geburen elk jaar op 2 februari (Maria Lichtmis), of een week ervoor dan wel erna, drie gezworenen mochten kiezen. Vermoedelijk bleef ook dat bij de hervorming van 1575-1579 hetzelfde.

 

Het bestuurlijk reglement van 1662 schreef voor dat het kiezen van de borgemeesters zal elk jaar op de zondag na Lichtmis gebeuren ‘naar ouder gewoonte ende privilegien’. De aftredende borgemeesters mochen vier opvolgers voordragen, de twaalfmannen ook vier en de schepenen vier. Uit dat twaalftal mocht de officier één borgemeester kiezen, de schepenen mochen er één kiezen, de aftredende borgemeesters één, en ten slotte de twaalfmannen ook één.

 

In de resolutieboeken wordt bij de aanstellingen van borgemeesters van 1714 tot en met 1718 vermeldt  wie welke borgemeester aanstelde. In 1712 was dat bijvoorbeeld:

-         door den heere officier: Wilbert Jan Joorden Donckers

-         door de borgemeesters: Jan Claes Marcelissen

-         door de achtmannen: Claes Gerrit Aerts

-         door de schepenen: Gerrit Henrick Marttens

 

In 1681 was de kwartierschout kennelijk gepasseerd: Het resolutieboek schrijft op 8 februari 1681: ‘op huijden dato naergeschreven sijn bij schepenen, gecommitteerdens en borgemeesteren voor den jaere 1685 verkooren tot borgemeesteren de persoonen naergenoemt, ende protesteerde den stadthouder van der electie als sijnde een surpatie van der souvereinen regt, uijt den naeme van de heere quartierschout sijn heer ende meester, en zijn der selver naeme: Gerrit Janssen van der Heijde, Peter Driessen, Harmen Ariens en Lambert Simens.’

 

Op 3 februari 1703 notuleerde de secretaris in het resolutieboek: ende is bij de heeren comparanten goet gevonden ende verstaen dat na desen de electie van borgemeesteren sal gedaan worden t' elckens over de handt, volgens de oude costumen in voegen dat als den heer officier gekooren sal hebben aan de oostzijde van de Brug, dat als dan de borgemeesteren wederom sullen moeten kiesen aende westzijde, en dan vervolgens de agtmannen wederom aen de oost en schepenen aende westzijde et vice versa, het welcke alsoo voortaan geobserveert en nagekomen sal moeten worden.

 

In de marge tekende de secretaris een jaar later aan: op huijden tweeden february 1704 is dese resolutie na dat de borgemeesteren, agtmannen en geswoorens voor den tegenwoordige jaeren waeren verkooren bij den gesamentlijcke schepenen, agtmannen en borgemeesteren altants onder eedt sijnde wederom ingetrocken int vollen collegie der selve.

 

 

De eed

 

In 1699 luidde de eed van de borgemeesters als volgt: Wij belooven ende sweeren

-        Dat wy de ceelen en andere reëlen en personnele hefboecken die by de regenten sullen worden uytgegeven neerstelijk sullen ophaelen en invorderen ende daermede betalen en voldoen des dorps intresten en pagten en daar wij verders sullen werden geordonneert, sonder dat de gemeynte eenige kosten ofte schaden daar door sal komen te leyden

-        Dat ook van onse administratie op den behoorlijke tijt sullen doen goede reeckeninge, bewys et reliqua, onse uijtgaeve met goede quitantie en behoorlijke documenten verifierende

-        Ende dat weij voor alles sullen doen ende doen doen het geene vroome en eerlijke borgermeesteren ten meesten voordeele van de gemeijnte toestaat ende behooren te doen, onder verbant van onse persoonen ende goederen hebbende ende verkrijgende,

-        waarmede dan sijn geleijt in ban en vreede, uijt kragte vant welke niemant hun in hare bedieninge sal hebben te turberen ofte te molesteren met woorden ofte met wercken, directelijk oft indirectelijk, op pene van sestigh goude realen, van outs daer tot staande

 

Eerdere sumiere eedformulieren die in het resolutieboek tussen 1662 en 1699 vermeld worden, komen inhoudelijk overeen met het eedformulier van 1699. De eedaflegging van 1680 heeft een paar extra bepalingen in verband met de oorlog:

-        De borgemeesters beloven hun ceelen naarstig op te halen die zij worden geordonneerd, en daarboven nog een extraordinaire ceel tot aflossing der penningen die het dorp bij oorlogstijd heeft moeten opnemen.

-        Als het gebeurt, dat godt almachtig hoeden wil, dat dit jaar het land met eener nieuwe oorlog wierde overvallen, soo sullen gemelte borgemeesters van de voorschreven extraordinaire ceel sijn en blijven ontlast ende ontslagen, ende oock bij continuatie van vrede niet eerder gehouden wesen van deselve extraordinaire ceele reckening te doen als binnen een ende tachtig.

 

 

De instructie van 1658

 

R65, fol. 28 (6-2-1658): ‘Instructie ende conditien waer op de borgemeesteren van den jare 1658 hebben aenvaert het borgemeester ampt ende in dese nu verschenen conditien beraemptt met den heere stadtholder ende schepenen ende sijn borgemeesteren Joorden Jan Goorts, Jan Diricxsen de Jonge, Arien Daniels ende Jan Tonis Peter Tielens.

-        In den iersten sullen de selve borgemeesteren alle dorpslasten inbeuren op hennen cost en den comptoiren waerinne den dorpe mochte sijn gehouden oock op hennen eygen cost te betalen, ende dat alleenlyck met het beurloon van den gulden enen stuyver.

-        Ende voorders alle dorps regeringe te plegen volgens d’ oude gewoontte.

-        Ende sullen de borgemeesteren schuldich sijn in hen jaer te betalen de comptoiren de twelff maenden off alle andere taxen ons van slans wegen op geleijt volgens d’ uytdeelinge by de regerders te wordden gehyotiseert, waer toe hen sal gegeven worden behoorlycken ceelen.

-        Ende de executie van de comptoiren die soude mogen vallen, sullen de selve borgemeesteren niet mogen inbrengen ten laste van den dorps, soo verre alst mogelyck is ’t hun alleenlyc tselve aff te doen met hen beurloon.

-        Item sullen de voorscreven borgemeesteren aengaende het gebruyck van de gemyntte van Eerde ende daer vuyt te bescheyden ’t geene den heere officier off synen gecommitterde daer van voormaels mochte hebben genoten in hunne oft andersints in regarde vant contingent van de breucken ofte keuren die hen dyenaengaende soude mogen competeren.

-        Item sullen de voorscreven borgemeesteren schuldich ende gehouden wesen hennen behoorlycke rekeninghe te doen binnen den tyt van ses weken oft soo haest hen mogelyck wesen sal naer expiratie vant jaer volgens d’ ordonnantie.

-        Item sullen de voorscreven borgemeesteren schuldich ende gehouden sijn egene groote noch cleyne schenckagie te doen aen eenighe officieren, soldaten oft anderen sonder consent van wethouders ofte schepenen. Ende dat int bywesen der selve.

-        Item sullen de voorgemelde borgemeesteren gehouden sijn ten allen tyden als sy ontboden wordden op eenighe dachvaerden ierst te vercondigen aen de schepenen ende den borgemeesteren oft den gecommitterden, daer geweest synde hen behoorlyck rapport te doen van de propositie ofte gepasseerde van dyen aen de wethouderen schepenen alhier.

-        Item sullen de borgemeesteren met die van Eert egeen verdinghen maken tensij met consent van schepenen, ende oock in hennen bywesen. Ende sullen de selve beesten van de borgemeesteren oft iemant in hennen naeme getekent oft met het ysser gebrant wordden.

-        Item sullen de voorscreven borgemeesteren egeen gemijntt mogen vercopen als met consent van schepenen, ende alle costen bij den coper ende coperen te betaelen, te weten paelgelt, maetgelt ende alle andere gerechticheyt de hoogen overicheijt aengaende, alles te betalen sonder schade van de gemeyntte.

-        Item sullen de borgemeesteren moeten de keuren ende breucken nerstelyck in beuren die op de gemeynte sullen vallen ende becalengeren sonder eenige simulatie ende behorlyck overgeven, op dat den heere vant tgeene hem dyenaengaende volgens de lantcartte mochtte daer van toecomen ende int sijne niet en mocht wordden vercort.

-        Item sullen de borgemeesteren moeten beuren comptoire gelt, te weten den rixdaelder ad twee gulden tien stuyvers ende ander gelt naer advenant, sonder de gemynte eenich verlies oft schade in te brenghen.

-        Item sullen alnoch de voorscreven borgemeesteren gehouden wesen te accepteren ende te voldoen alle bewysen by schepenen gegeven wesende tot laste van den dorpe mits dat de voorscreven borgemeesteren in hennen jaere sullen op leggen ende betalen vyff vierdendeel ceels, wesende de pacht cedulle ten behoeff der renthefferen, waer mede het corpus van Vechell is belast volgens de bewyse bij schepenen daer toe sullen worden gegeven, ende dat opt beurloon van oudts daer toe staende.

 

Op huyden den 6en februarij 1658 soo hebben Joorden Jan Gorts ende Jan Diricx den Jonge, Arien Daniels ende Jan Tonis Peter Tielens als borgemeesteren den eedt behoorlyck gepresenteert in gevolge de voorscreven instructie door den heere stadtholder ende ter presentie ende overstaen van schepenen voor gehouden te sijn de voorgemelde borgemeesteren by den heere officier in ban ende vrede geleeght op peene van outs ende van rechts wegen gestatueert, ende dat niemant in punct van bedininge van borgemeesteramptt hen sal mogen inureren, misdoen, slach noch storen in eenigh maniere op peene voors(creven) paratelyck te verbeuren ten behoeffe des heere officiere.’

 

 

De namen van de borgemeesters (tot 1662 ook gezworenen) van 1600 tot 1699

 

Soms overleed de borgemeester tijdens zijn ambtsperiode. Dan, en soms ook om andere redenen, nam een familielid die taak over. Dat wordt in de dorpsrekeningen ook als zodanig vermeld. Die gegevens zijn in onderstaande tabel ook opgenomen.

 

Volgens het resolutieboek legden op 8-2-1677 de eed af als borgemeesters:

-         Jacob Martens

-         Arien Jan Aerts

-         Jan Peter Huijbers

-         Aert Dircx van Eert

 

De dorpsrekening van 1677-1678 noemt als borgemeesters:

-        Leendert Leenders

-        Steven Gerrit Stevens

-        Peter van der Haegen

-        Dierck Jan Thijssen

 

Waar die discrepantie vandaan komt is een raadsel. Er was geen sprake van een tussentijdse vervanging, want  het resolutieboek noemt dezelfde borgemeesters het hele jaar door tot en met 6 januari 1678. In de jaren daarvoor en daarna komen de namen vermeld in de resolutieboeken en de dorpsrekeningen wel overeen.

 

 

Rekening:

Lichtmis = 2 februari

Borgemeesters, tevens gezworenen

 

Lichtmis 1600 – Lichtmis 1601

 

Dirck Tonis Roeffen

N.N.

N.N.

 

Lichtmis 1601 – Lichtmis 1602

 

Hanrick Cornelis van Doeren

Mathys Danels

Rynder Aerts

 

Lichtmis 1602 – Lichtmis 1603

 

Jan Dirck Peters

Hanrick Jan Claes

Gerit Joris

 

Lichtmis 1603 – Lichtmis 1604

 

Aert Janssen Verweteringhe

Arien Aert Willems

Cornelis Goort Hanricxs

 

Lichtmis 1604 - Lichtmis 1605

 

Eijmbert Dierckx

Cornelis Goijarts

Jacop Tijssen ende Jan Tijssen

 

Lichtmis 1605 - Lichtmis 1606

 

Willem Jan Peter Thielens

Gerit Janssen van Dieperbeeck

Jan Welten

 

Lichtmis 1606 - Lichtmis 1607

 

Mathys Danelts

Wouter Melis van der Santvoirt

Welt Peter Roeffen

 

Lichtmis 1607 - Lichtmis 1608

 

Aert Geerlinck Aertss

Jan Lamberts Peters

Lambert Aertsoen

 

Lichtmis 1608 - Lichtmis 1609

 

Eijmbert Willems

Anyhonis Jacobs

Jan Fredricx

 

Lichtmis 1609 - Lichtmis 1610

 

Henrick Jan Peters

Wouter Janss Versteechden

Cornelis Goorts

 

Lichtmis 1610 - Lichtmis 1611

 

Jan Thonis Corstiaens

Peter Arien Henricxs

Jacop Tys Erbertss

 

Lichtmis 1611 - Lichtmis 1612

 

Lenert Hanrick Huyben

Peter Philips Peter Lambertss

Simon Jan Peterss van Stiphout

 

Lichtmis 1612 - Lichtmis 1613

 

Seger Aernt Donckers

Ruth Peter Rutten

Aert Hanrick Thoniss

 

Lichtmis 1613 - Lichtmis 1614

 

Simon Deliss

Gerit Hanrick Dircx

Mathys Goort Jan Willemss

 

Lichtmis 1613 - Lichtmis 1614

 

Willem Aert Jans van Wetten

Claes Gerits

Simon Willem Jans

 

Lichtmis 1614 - Lichtmis 1615

 

Symon Willems

Willem Aerts

Claes Geurs

 

Lichtmis 1615 - Lichtmis 1616

 

Jan Delis

Wouter Amelis

Jan Aertss

 

Lichtmis 1616 - Lichtmis 1617

 

Handrick Ariens

Jan Thonis

Jan Dierckx

 

Lichtmis 1618 - Lichtmis 1619

 

Dandel Hanrick Dandels

Aert Gerlincx

 

Lichtmis 1619 - Lichtmis 1620

 

Henrick Jacops

Wyn Jan Ceelen

Jan Lambers

 

Lichtmis 1620 - Lichtmis 1621

 

Jan Aertssen den Auden

Claes Jan Claessen

 

Lichtmis 1621 - Lichtmis 1622

 

Lenaert Freynssen

Teunis Hanricx

 

Lichtmis 1622 - Lichtmis 1623

 

Willem Meuss

Jan Henrick Vrenss

Aert Arien Donckers

Jan Dircxen

 

Lichtmis 1623 - Lichtmis 1624

 

Wouter Melis van der Santvoirt

Dirck Jacops

 

Lichtmis 1624 - Lichtmis 1625

 

Rut Jan Willems van der Hagen

Gerit Thonis Stoven

Henrick Goort Thijssen

 

Lichtmis 1625 - Lichtmis 1626

 

Onbekend

Lichtmis 1626 - Lichtmis 1627

 

Thonis Jan Wijnen

Michiel Arien Donckers

Gielis Gossen Ariens

Goort Thijs Goortss

 

Lichtmis 1627 - Lichtmis 1628

 

Jan Peter Elijas

Lambert Lambertss

 

Lichtmis 1628 - Lichtmis 1629

 

Gerit Henricx

Mathijs Jacop Thijssen

Thonis Marten Meeussen

Gerit Steevens

 

Lichtmis 1629 - Lichtmis 1630

 

Aert Geeritssen

Michiel Arien Donckers in naam van zijn overleden broer Aert Donckers

Goert Aertssen

 

Lichtmis 1630 - Lichtmis 1631

 

Onbekend

Lichtmis 1631 - Lichtmis 1632

 

Onbekend

Lichtmis 1632 - Lichtmis 1633

 

Anthonis Henricx

Jan Janss Ordmans

Jan Lambert Aerts

Jacop Wouters

 

Lichtmis 1633 - Lichtmis 1634

 

Jan Geraert Adriaenss

Peter Elias

Mathijs Jan Mathijss

 

Lichtmis 1634 - Lichtmis 1635

 

Oostzijde van de Aa:

-        Jan Handerick Lauwerijns

-        Evert Aert Evertss

 

Westzijde van de Aa:

-        Goort Jan Claes

-        Lonis Loniss

 

Lichtmis 1635 - Lichtmis 1636

 

Jan Jan Dirckx

Jan Lambert Henssen

 

Jan Rut Cluijtmans

Anthonis Gijsberts

 

Lichtmis 1636 - Lichtmis 1637

 

Jan Marten Donckers

Elias Peter Elias

 

Dirick Jacobs

Dirck Aertss van Eerde

 

Lichtmis 1637 - Lichtmis 1638

 

Geraert Steevens

Thonis Handericx

 

Handerick Lamberts

Anthonis Jacobs

 

Lichtmis 1638 - Lichtmis 1639

 

Dierck Martens

Goiaert Peter Rutten

 

Hendrick Ariens

Willem Jan Claes

 

Lichtmis 1639 - Lichtmis 1640

 

Matthys Peters

Jan Thonissen

 

Jan Cornelissen

Handerick Marten Meuss

 

Lichtmis 1640 - Lichtmis 1641

 

Evert Aert Everts

Hendrick Dierck Jacobs

 

Jan Gerart Ariens

Gerart Aert Geerlinckx

 

Lichtmis 1641 - Lichtmis 1642

 

Jan Jan Thonis

Mathijs Jan Thyss

 

Jan Peter Elias

Jan Hendrick Jan Claes

 

Lichtmis 1642 - Lichtmis 1643

 

Goyaert Peter Rutten

Thys Jacob Thijssen

 

Arien Aert Geerlincx

Peeter Huijbers

 

Lichtmis 1643 - Lichtmis 1644

 

Dierick Aerts van der Eerde

Dierck Martens

 

Daniel Jan Tuenis

Jan Peter Elissen

 

Lichtmis 1644 - Lichtmis 1645

 

Peter Hendrick Jan Claes

Heijmen Hendrick Heijmens

 

Jan Lambert Henssen

Arien Henrick Ariens

 

Lichtmis 1645 - Lichtmis 1646

 

Bartolomeus Willems

Jan Peter Mols

 

Aelbert Henric Janssen

Dielis Willemssen

 

Lichtmis 1646 - Lichtmis 1647

 

Henric Dirck Jacobs

Jan Gijsbertss

 

Gerijt Aert Gerlings

Jan Welten

 

Lichtmis 1647 - Lichtmis 1648

 

Everst Aert Everts

Anthonij Tonissen Tibosch

 

Geryt Stevens

Arien Aerts

Lichtmis 1648 - Lichtmis 1649

 

Anthonis Gysberts

Marten Jacob Tyssen

 

Henric Thonis Marten Meeussen

Jan Henric Jan Claessen

 

Lichtmis 1649 - Lichtmis 1650

 

Rut Peter Rutten, Henric Rutten

Willem Jan Henricxs

 

Jan Cornelissen van Deursen

Arien Jan Arienssen

 

Lichtmis 1650 - Lichtmis 1651

 

Dirck Martens

Heyman Henricxsen

 

Rover Jan Henricxsen

Henrick Claessen van Berckel

 

Lichtmis 1651 - Lichtmis 1652

 

Jan Lambert Henssen

Dirck Aernts Donckers

 

Aernt Gerart Henrickx

Jan Jan Thonis aan de Heyde

 

Lichtmis 1652 - Lichtmis 1653

 

Symon Lamberts

Jan Janssen van Balgoyen

 

Lambert Diricx van der Straten

Peter Peter Elias

 

Lichtmis 1653 - Lichtmis 1654

 

Peter Roelofssen

Delis Jan Delissen

 

Ariaen Wouters van Vucht

Aert Evertssen

 

Lichtmis 1654 - Lichtmis 1655

 

Jan Aerts van Schyndel

Jan Jan Diercx

 

Geryt Aert Gerlings

Henrick Peter Elias

 

Lichtmis 1655 - Lichtmis 1656

 

Jacob Janssen van der Haghen

Hanrick Zeger Donckers

 

Henrick Henrick Martens

Jan Henrick Adriaenssen

 

Lichtmis 1656 - Lichtmis 1657

 

Michiel Gysbert

Andries Diercxsen

 

Henrick Henssen

Henrick Thonis Henricxsen

 

Lichtmis 1657 - Lichtmis 1658

 

Bartholomeeus Willemssem

Henrick Geryt Goorts

 

Rombout Aert Gerlings

Jan Marten Donckers

 

Lichtmis 1658 - Lichtmis 1659

 

Ariaen Danelssen

Jan Tonis Peter Tielens

 

Jan Diricx den Jongen

Joorden Jan Goortssen

 

Lichtmis 1659 - Lichtmis 1660

 

Rover Jan Henricx van den Groenendael

Henrick Michiel Donckers

 

Jan Tonis Jacobs

Jenneken, weduwe van Geryt Geryts, in naam van haar overleden man en Peter Henrick Lambertssen

 

Lichtmis 1660 - Lichtmis 1661

 

Jan Evertss

Jan Rutten

 

Arien Henrick Jan Dircx

Steven Geryts

 

Lichtmis 1661 - Lichtmis 1662

 

Gysbert Peter Rutten

Gerit Jan Gerit Dirckx

 

Jan Henrick Jan Claes

Lambert Gerits, alias Lambert Goossens

 

Lichtmis 1662 - Lichtmis 1663

 

Aert Marcelissen

Thonis Henrick Lambers

 

Jan Ariaen Jan Ariens

Jan Thonis Aerts van Eerdt, alias Olislagers

 

Lichtmis 1663 - Lichtmis 1664

 

Aert Claessen

Aert Jan Lambers

 

Dielis Gerit Dielis

Hendrick Aerts

 

Lichtmis 1664 - Lichtmis 1665

 

Aert Peters

Lambert Symons

 

Aert Tonis Martens

Adriaen Jan Hendrix

 

Lichtmis 1665 - Lichtmis 1666

 

Gerart Dirckx Jaspars

Tonis Luijkas

 

Jan Peter Huijberts

Jan Wilbert Schenckels

 

Lichtmis 1666 - Lichtmis 1667

 

Andries Dirckx

Hendrick Geraerts

 

Jan Rovers

Dirck Dirx

 

Lichtmis 1667 - Lichtmis 1668

 

Jan Tonis Leesten

De weduwe van Michgiel Donkers en haar zoon Marten

Gerit Pennincx

Peter Henrick Jan Claes

 

Lichtmis 1668 - Lichtmis 1669

 

Jan Thonis Peter Tielen

Henrick Danels

 

Jan Aertsen van der Mee

Jan Gerits van der Heyden

 

Lichtmis 1669 - Lichtmis 1670

 

Adriaen Jan Delissen

Claes Marcelis

 

Lambert Goossens

Lambert Peters

 

Lichtmis 1670 - Lichtmis 1671

 

Peter Goorts

Reijndert Aarts

 

Lambert Simons

Hendrick Dirck Aarts

 

Lichtmis 1671 - Lichtmis 1672

 

Jacob Rombouts met hem geassisteert Rombout synne soone

Adriaen Michiel Donckers

 

Hendrick Zeger Donckers

De weduwe van Hendrick Dirck Jacobs, geassisteert met Hendrick haren soone

 

Lichtmis 1672 - Lichtmis 1673

 

Claes Roelofs van Kilsdonck

Jan Joordens

Hendrick Jansen

Jan Thijs Jacob Thijssen

 

Lichtmis 1673 - Lichtmis 1674

 

Marten Jan Marten Meeussen

Jan Everts

Jan Teunis Olislagers

Gerard Jans van der Heijden

 

Lichtmis 1674 - Lichtmis 1675

 

Peter Daniels in de Wiel

Lambert Gerijt Stevens

Peter Hendrick Geryts

Willem Jan Hendricx

 

Lichtmis 1675 - Lichtmis 1676

 

Michiel Gijsbers

Jan Luijcassen

Marten Michiel Donckers

Dirck Dircks

 

Lichtmis 1676 - Lichtmis 1677

 

Adriaen Wouter Boermans

Jan Rovers

De kinderen van Geraert Roefs, waarvoor Jan Roeffs de oudste zoon compareert Jan Jan Tijssen

 

Lichtmis 1677 - Lichtmis 1678

 

Eed afgelegd op 8-2-1677 en hele jaar door vermeld in resulutieboek:

-         Jacob Martens

-         Arien Jan Aerts

-         Jan Peter Huijbers

-         Aert Dircx van Eert

 

Vermeld in de dorpsrekening van 1677:

-        Leendert Leenders

-        Steven Gerrit Stevens

-        Peter van der Haegen

-        Dierck Jan Thijssen

 

Lichtmis 1678 - Lichtmis 1679

 

Aart Dirck Donckers

Hendrick Peter Peters

Jacob Thijs Jan Tijssen in plaats van zijn moeder

Peter Daandels als bestelde van Mattheus Aarts

 

Lichtmis 1679 - Lichtmis 1680

 

Jan Goorts

Jan Driessen

Jan Meeusen

Reyndert Aertssen

 

Lichtmis 1680 - Lichtmis 1681

 

Jan Dirck Martens

Teunis Hendrick Lamberts

Jan Ariens

Jan Daendels

 

Lichtmis 1681 - Lichtmis 1682

 

Lambert Simeons

Peter Driessen

Gerrit Jansen van der Heijden

Harmen Ariens

 

Lichtmis 1682 - Lichtmis 1683

 

Aart Donckers in plaats van Gerard Penninx zaliger

Jan Jacob Hendrick Moens

Aart Jacobs int Dorhout

Jan Willem Aert Dircks

 

Lichtmis 1683 - Lichtmis 1684

 

Heij: Peter Hendrick Zeger Donckers

Havelt: Arien Jan Delissen

Dorhout: Lambert Gerit Stevens

Zontvelt: Aert Arien Olislagers

 

Lichtmis 1684 - Lichtmis 1685

 

Heij: Jan Thijs Jan Tijssen

Havelt: Willem Lamberts

Dorhout: Jan Gerits van der Heijden

Zontvelt: Aart Jan Marten Donckers

 

Lichtmis 1685 - Lichtmis 1686

 

Heij: Jan Jan Thyssen

Havelt: Meeuwes Willems

Dorhout: Rut Jan Rutten

Zontvelt: Jan Joorden Donckers

 

Lichtmis 1686 - Lichtmis 1687

 

Gerrit Jansen in den Elsen

Jan Teunis de Smit

Hendrik Goorts

Daandel Goort Jan Thijssen

 

Lichtmis 1687 - Lichtmis 1688

 

Jacob Thijs Jan Thijssen

Jan Simon Lambers

Claes Ariens

Baltus Laurensen

 

Lichtmis 1688 - Lichtmis 1689

 

Corstiaen Jan Teunis

Gijsbert Leenders

Teumis Ariens

Aart Dirck van Eert

 

Lichtmis 1689 - Lichtmis 1690

 

Marten Dirck Martens

Arien Meeuwissen

Cornelis Ariens

Steven Gerrit Stevens

 

Lichtmis 1690 - Lichtmis 1691

 

Mattheus Aarts

Arien Gielen Donckers

Peter Hendrick Rutten

Daandel Jan Rutten

 

Lichtmis 1691 - Lichtmis 1692

 

Dirck Jan Ariens

Jan Rutten Cluijtmans

Dirck Dircks

Hendrick Class Roelofs van Kilsdonck

 

Lichtmis 1692 - Lichtmis 1693

 

Simen Willems van Rixtel

Dirck Jan Thijs Deenen

Lambert Gerrit Stevens

Lambert Ariens

 

Lichtmis 1693 - Lichtmis 1694

 

Gerrit Hendrick Lamberts

Teunis Hendrick Lamberts

Jan Meijsen van der Hagen

Hendrick Arien Olislagers

 

Lichtmis 1694 - Lichtmis 1695

 

Jan Jacob Hendrickmans

Teunis Claas Jansen

Hendrick Peter Peters

Rut Hendrick Rutten

 

Lichtmis 1695 - Lichtmis 1696

 

Gerrit Boermans

Dorpsrekening: Peter Thijs Lamberts, reolutieboel, aangesteld: Jan Thijs Lamberts

Dirck Hendricks van den Donck

Jan Aart Evers

 

Lichtmis 1696 - Lichtmis 1697

 

Thomas Hendrick Thomassen

Arien Willem Meeuwissen

Hendrick Simons

Tonij Jan Teunis van Eert

 

Lichtmis 1697 - Lichtmis 1698

 

Hendrick Willems op Derp

Hendrick Claes Marcelissen

Marten Hendrick Hensen

Michiel Arien Gielen Donckers

 

Lichtmis 1698 - Lichtmis 1699

 

Jan Joorden Donckers

Leendert Peter Jan Jacobs

Gijsbert Leenders Smits

Antonij Dirck Tibos

 

Lichtmis 1699 - Lichtmis 1700

 

Willem Lamberts van Boxmeer

Aart Donckers

Ariaan Aart Olislagers

Jan Jan Gerrits van der Heijden