Ooievaars en uilen op en in de Veghelse kerk

Martien van Asseldonk

29 juni 2014

Deze gegevens mogen gebruikt worden onder verwijzing naar: Martien van Asseldonk, www.oudzijtaart.nl

 

 

Een ooievaarsnest

 

Volgens het volksgeloof bracht een op een huis broedende ooievaar voorspoed aan de bewoners ervan. Men dacht aanvankelijk bij voorspoed alleen aan materiële rijkdom of het weren van ongeluk. Dit werd later vervangen door het volksgeloof, dat de ooievaar drager is van de menselijke ziel en deze brengt naar degene die geboren gaat worden. Nog altijd wordt dit symbolisch op geboortekaartjes tot uitdrukking gebracht. De kerkrekening van 1728-1730 vermeldt:

 

Inv. nr. 850, van 10-3-1728 tot 28-1-1730

-        Gemaakt eene oejevaar nest op de kerck, de plancken ende ’t hout daer aen gedaen. Doorgestreepte post, in marge: ‘geroijeert’:

 

De post werd geroieerd. Het nestw as wel welkom, maar men vond dat het bouwen van het nest niet op rekening van de kerk diende te gebeuren.

 

 

De Uilen

 

Heel anders keek men eertijds tegen uilen aan. Dominee Hanewinkel publiceerde in 1798 een boek over de Meierij. Het geloof in spoken was volgens hem wijdverbreid. Zo hoorde men het gezang van sommige vogels, zoals de roerdomp, vooral ’s avonds met schrik aan, omdat men het voor het geluid van een spook hield. Ook het huilen van honden in het avondlijk of nachtelijk uur was ‘een aklig geluid voor de Roomschen in de Majorij, want het betekent dat er dan schielijk iemand in dat huis, waarbij een hond zit te huilen, sterven zal’. Om dezelfde reden bevreesd voor het krassen van uilen. Uilen waren ongedierte.

 

Van 1686 tot 1767 betaalde de Veghelse kerkmeesters  een premie, meestal was dat 6 stuivers, voor het schieten van kerkuilen. Uilen waren in die periode letterlijk vogelvrij. Behalve bijgeloof en angst zal ook het vervuilen van de kerktoren door de kerkuilen wel een rol gespreeld hebben. Twee keer werd er in die periode betaald omdat er eieren of jonge uilen uit het nest gehaald werden, en één keer was er sprake van het schieten van ransuilen.  Het aantal geschoten uilen is in de volgende tabel samengevat.

 

 

Jaar

Geschoten uilen

Eieren of kuikens

Ordonanties

1681-1686

 

7 eieren

 

1693-1697

1

 

 

1707-1709

6

7 jonge uilen

 

1709-1711

1

 

 

1711-1713

2

 

 

1713-1715

3

 

 

1715-1717

8

 

Ordonantie om niet meer voor het schieten van uilen te betalen. Niet lang nageleefd.

1721-1724

6

 

 

1724-1726

15

 

Ordonantie om voortaam slechts 3 stuivers per geschoten uil te geven, in plaats van 6 stuivers. Niet lang nageleefd.

1726-1728

10

 

 

1730-1731

9

 

 

1733-1737

9

 

 

1741-1744

5

 

 

1744-1746

5

 

 

1746-1749

3

 

 

1749-1752

10

 

 

1752-1755

2

 

 

1755-1758

7

 

 

1758-1761

15

 

 

1761-1764

12

 

 

1764-1767

37

 

Ordonantie om niet meer voor het schieten van uilen te betalen. Dit keer wel nageleefd.

Totaal:

166

 

 

 

 

In totaal werden er in die periode 166 uilen afgeschoten, met nog een keer een nest met 7 eieren en een keer een nest met 7 jonge uilen uitgehaald, wat het aantal op 180 brengt. Twee keer werd er besloten om de premie voor het schieten van uilen af te schaffen en een keer om de premie te halveren. Telkens werd de ordonantie uitgevaardigd nadat er in dat jaar aanmerkelijk meer voor het afschieten van uilen was betaald vergeleken met voorgaande jaren. Men vaardigde deze ordonanties niet uit met het oog op natuurbehoud, maar omdat men vond dat de premiejagers de kerk teveel geld gingen kosten. De periode 1764-1767 spande met 37 uilen de kroon. Met zo’n hoog aantal neergeknalde uilen ga je je afvragen of die uilen wel allemaal op en rond de kerk gevlogen hebben. Het lijkt er op dat er premiejagers waren die in heel Veghel en misschien ook nog daarbuiten op uilen joegen.

 

 

De namen van de uilenjagers

 

Inv. nr. 834, van 22-12-1681 tot 11-2-1686

-        Voor het uijthaelen van seven uijlen eijeren aan sijn jonge  betaelt, 0-12-0 (Dat was de zoon van Willem Bratseer die toen het onderhoud van het leijen dak en de glazen ruiten van de kerk aangenomen had.)

 

Inv. nr. 835, van 11-2-1686 tot 11-11-1689

-        Voor het schieten van drie uijlen betaalt 0-18-0

 

Inv. nr. 837, van 8-7-1693 tot 18-10-1697

-        Betaalt voor het schieten van een uijl, 0-5-0

 

Inv. nr. 840, van 16-11-1707 tot 10-10-1709

-        25en maij 1708 betaelt wegens het uijt halen van eenen mest met seven jonge uijlen, 1-1-0

-        Betaelt aen Paulus van Orten wegens het schieten van eenen uijl die aen de kerck geschoten hadde, 0-6-0

-        5 september 1708 betaelt aen Paulus van Orten wegens het schieten van twee uijlen, 0-12-0

-        22 september 1708 betaelt aen Lambert Hogaerts wegens ’t schieten van eenen uijl, 0-6-0

-        23 meert 1709, betaelt aen Anthonij Jacobs wegens het schieten van twee uijlen op de kerck, 0-12-0

 

Inv. nr. 841, van 10-10-1709 tot 3-9-1711

-        24-10-1710, betaelt aen Jacobus van Ortten voor het schieten van eenen uijl, 0-6-0

 

Inv. nr. 842, van 3-9-1711 tot 18-11-1713

-        Wegens ’t schieten van twee kerckuijlen aen Van Ortten ende Dirck van de Landens soons, 0-12-0

 

Inv. nr. 843, van 18-11-1713 tot 18-7-1715

-        Op 3-11-1714 betaelt aen Paulus van Ortten wegens een geschoten uijl, 0-6-0

-        Op 22-2-1715 aen Adriaen Donckers ende Anthonij Jacobz wegens twee geschoten uijlen op de kerck, 0-12-0

 

Inv. nr. 844, van 18-7-1715 tot 8-5-1717

-        10 october 1715 aen Claes Roelofs betaelt voor het schieten van eenen uijl, 0-6-0

-        30 october 1715 Ariaen Roelofs eenen uijl geschooten, betaelt 0-6-0

-        16e januarij 1716 Lamert Roelofs voor het schieten van eenen uijl betaelt, 0-6-0

-        13 october 1716 betaelt aen Thonij van Geelkercken voor het schieten van eenen uijl, 0-6-0

-        Aen Ariaen Donckers ter saecke als voor, 0-6-0

-        19 october 1716 aen Thonij van Geelkercken ter saeke als voor, 0-6-0

-        5 november 1716 Claes Roelofs ter saeke als voor, 0-6-0

-        31 december 1716 aen Ariaen Donckers ter saecke als voor, 0-6-0

 

In de marge: ‘door ordre van den heer officier ende de auditeuren in toekomende geen gelt voor uijlen meer te geven’. Dit verbod hield niet lang stand.

 

 

Inv. nr. 846, van 28-7-1719 tot 23-10-1721

-        Voor ’t schieten van vier ransuylen, 1-4-0

 

Inv. nr. 847, van 23-10-1721 tot 30-5-1724

-        Betaalt over ’t vangen en schieten van kerck uijlen, 1-16-0 (= 6 uilen)

 

Inv. nr. 847, van 30-5-1724 tot 3-6-1726

-        21 augustus 1728 betaelt aan Dirc van den Tillaar over verschotten vant schieten van uijlen als ordere à 6 stuijvers stuck, tesamen 1-10-0 (is dus 5 uilen)

-        Nogh aen Adriaen Doncquers cum suis voort schieten van seven uijlen, 2-2-0

-        Nogh voort schieten van drije uijlen, 0-18-0

 

In marge: ‘in toecomende sal maer 3 stuijvers voor ider uijl werden geleden ende kerckmeesters gelast dag en datum en van wie ontfangen aen te teekenen’. Ook hier werd niet de hand aan gehouden.

 

 

Inv. nr. 849, van 3-6-1726 tot 10-3-1728

-        Verschooten in de twee jaren aen uyle schieten aen de kerck, 0-12-0


Inv. nr. 850, van 10-3-1728 tot 28-1-1730

-        Aen Dooris Brouwers als andere volgens mans.. verschoten voort schieten van de kerck uijlen, ider ses stuyvers, beloopt 3-0-0 (= waarschijnlijk 10 uilen)

 

Inv. nr. 851, van 28-1-1730 tot 27-11-1731

-        Voor negen geschooten kerck uijlen, 2-14-0

 

Inv. nr. 853, van 30-11-1733 tot 17-5-1737

-        Betaalt voort schieten van negen kerck uijlen in de drije jaren, ider ses stuijvers, 2-14-0

 

Inv. nr. 855, van 6-3-1741 tot 1-6-1744

-        28 juli 1741 aan den president voor eenen uijl als ordere, 0-6-0

-        Aan Adriaan Doncquers voor drije geschoote uijlen, 0-18-0

-        28 februari 1743 aan meester De Bruijn voor een kerckuijl gegeven, 0-6-0

 

Inv. nr. 856, van 1-6-1744 tot 7-5-1746

-        Aan Francis Callaars voort schieten van eenen kerckuijl betaalt, 0-6-0

-        Ter saake voorschreven aan Dirk Mateusse soon gegeven, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde voort schieten van twee kerckuijlen, 0-12-0

-        Nog aan Arnoldus Donckers ut supra eenen, 0-6-0

 

Inv. nr. 857, van 7-5-1746 tot 3-7-1749

-        Aan Peter van de Velde voort schieten van een kerck uijl, 0-6-0

-        Aan den selven ter saake als voor, 0-6-0

-        Aan Hendrik Reijstenborg ter saake als voor, 0-6-0

 

Inv. nr. 858, van 3-7-1749 tot 13-5-1752

-        Aan meester Schippers voort schieten van eenen kerck uijl gegeven, 0-6-0

-        Aan Peter van de Vede voor twee kerck uijlen betaakt, 0-12-0

-        Nog aan den selven voor enen geschooten kerck uijl betaalt, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde voor eenen geschooten kerck uijl betaalt, 0-6-0

-        Aan Delis Jan Delis voor eenen kerck uijl betaalt, 0-6-0

-        Aan meester Schippers voor eenen kerck uijl betaelt 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde voor eenen uijl betaelt, 0-6-0

-        Aan dens elven voor twee geschoote kerck uijlen gegeven, 0-12-0

 

Inv. nr. 859, van 13-5-1752 tot 17-3-1755

-        Aan Jacobus van den Tillaer voort schieten van een kerck uyl betaalt 0-6-0

-        Aan Joseph de Bruyn ter saake als voor betaalt, 0-6-0

 

Inv. nr. 860, van 17-3-1755 tot 8-3-1758

-        Aan Adriaan Franse voort schieten van eenen kerck uyl betaalt 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde voort schieten van eenen kerk uyl betaalt 0-6-0

-        Aan Joannis Griensven voort schieten van eenen kerck uijl betaakt 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde voor ’t schieten van eenen kerk uijl, 0-6-0

-        Aan M. Heijnsbergen voor ’t schieten van eenen kerck uijl betaalt 0-6-0

-        Aan Hendrik Verputten voor ’t schieten van een kerk uijl, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde ter saake voorschreven, 0-6-0

 

Inv. nr. 861, van 8-3-1758 tot 27-5-1761

-        Aan Peter van de velde voort schieten van twee kerck uijlen, 0-11-0

-        Nog voort schieten van eenen uijl betaalt, 0-6-0

-        Aan Claas van Valderen voor ’t schieten van een kerck uijl betaalt 0-6-0

-        Aan Hendrik Verputten voor ’t schieten van een uijl betaelt 0-6-0

-        Aan Claas van Valderen nog voor eenen uyl, 0-6-0

-        Aan Martinus Heynsbergen voor ’t schieten van eenen uijl, 0-6-0

-        Aan Peter van Valderen voor ’t schieten van eenen kerck uijl betaalt, 0-6-0

-        Aan Arnoldus van den Hurck voor ’t schieten van een kerck uijl betaalt, 0-6-0

-        Aan Peter van Valderen voor ’t schieten van eenen uyl betaelt, 0-6-0

-        Aan Claas van Valderen voort schieten van een uijl betaelt, 0-6-0

-        Aan Jan Blok voort schieten van eenen uyl betaalt, 0-6-0

-        Aan N. Donquers voort schieten van eenen uyl, 0-6-0

-        Nog aan den selven als voor, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde voort schieten van kerk uijl, 0-6-0

 

Inv. nr. 862, van 27-5-1761 tot 14-5-1764

-        Aan Peter van de Velde voort schieten van eenen keck uyl betaalt 0-6-0

-        Aan Hendrik Clerx ter saake als voor betaalt, 0-6-0

-        Aan Hendrik van der Putten voor ’t schieten van eenen kerk uijl betaalt, 0-6-0

-        Betaalt aan Hendrik Clerx ter saake voorschreven, 0-6-0

-        En aan Jan Blok als voor, 0-6-0

-        Betaalt aan Hendrik Clerx voort schieten van eenen uijl, 0-6-0

-        Aan Peter Jan Aalbers voort schieten van een kerck uyl, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde als voor, 0-6-0

-        Aan Peter van de Laar voor 2 uylen, 0-12-0

-        Aan Hendrik Clerx voort schieten van twee uylen, 0-12-0

 

Inv. nr. 863, van 14-5-1764 tot 25-3-1767

-        Aan Hendrik Clerx voort schieten van een kerckuyl betaalt, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde ter saake voorschreven, 0-6-0

-        Aan Jan Cornelis Blok ut supra betaalt, 0-6-0

-        Aan Peter Jan Aalberts als voor, voort schieten van een Uyl, 0-6-0

-        Aan Hendrik Clerx voor 2 uijlen te schieten, 0-12-0

-        Hendrik Clerx voor 1 uyl schieten, 0-6-0

-        Peter Jan Aalbers, ut supra, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde als voor, 0-6-0

-        Aan Peter Jan Aalbers ook voort schieten van een uyl, 0-6-0

-        Peter van de Laer, als voor, 0-6-0

-        Aan Peter van de Velde ook 0-6-0

-        Aan Hendrik Clerx voort schieten van twee uijlen, 0-12-0

-        Peter van de Velden, 2 uylen, 0-12-0

-        Hendrik Clerx voor 2 uylen te schieten, 0-12-0

-        Peter Jan Aalbers eenen uyl te schieten, 0-6-0

-        Aan Hendrik Clerx 2 uylen geschooten betaalt, 0-12-0

-        Nog aan den selven van drye uijlen te schieten, 0-18-0

-        Lambert van Gerwen voort schieten van een uyl betaelt, 0-6-0

-        Hendrik Clerx voort schieten van 4 uylen in twee reysten betaalt, 1-4-0

-        Hendrik van der Putten voort schieten van eenen uijl, 0-6-0

-        Aan Hendrik Gerbrants teer saake voorschreven betaalt, 0-6-0

-        Joachim van den Tillaar als voor, 0-6-0

-        Peter Jan Aalbers voort schieten van een uyl, 0-6-0

-        Peter van de Velde als voor, 0-6-0

-        Aan Peter Jan Peter Martens voort schieten van 3 uijlen in twee reyse betaalt, 0-18-0

 

In marge: ‘int vervolg wert geordoneert aen de kerkmeester voort schieten van uijlen niet meer te betaelen’. Deze keer werd wel de aan deze ordonnantie de hand gehouden. Na 1767 komen er geen uitgaven voor het verdelgen van uilen meer voor in de veghelse kerkrekeningen.